burgerlijk (15 of meer gevonden)

Dutch algemeen burgerlijk pensionfonds (ABP)

Hier komen binnenkort vertalingen van deze zoekterm...

- rechtspersoonlijkheid bezittende Rijksdienst te Den Haag; fonds ter uitvoering van de pensioenwetgeving voor openbare ambtenaren; opgericht bij wet van 5 mei 1922. Ten laste van het ~ wordt pensioen verleend aan ambtenaren en met hen gelijkgestelden, alsmede aan hun weduwen en wezen.



Deel deze pagina met:      




Dutch ambtenaar van de burgerlijke stand English municipal registry of births,marriages and deaths

Hier komen binnenkort vertalingen van deze zoekterm...

personen- en familierechtrecht - ambtenaar in dienst van de gemeente als zodanig benoemd door Burgemeester en Wethouders en verantwoordelijk voor administratie van en afgifte van aktes omtrent de burgerlijke staat van de inwoners van 'zijn' gemeente.


Artikel 16 Boek 1 BW:

1. In elke gemeente zijn twee, of, naar goedvinden van burgemeester en wethouders, meer ambtenaren van de burgerlijke stand. Daarenboven kunnen een of meer ambtenaren van de burgerlijke stand worden belast met het verrichten van bepaalde taken. Deze dragen de titel van buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand.
2. De in het eerste lid bedoelde ambtenaren worden door burgemeester en wethouders benoemd, geschorst of ontslagen. Een benoeming kan voor een bepaalde tijdsduur geschieden.
3. Ambtenaar van de burgerlijke stand van een gemeente kan slechts zijn een ambtenaar in dienst van die gemeente of een andere gemeente. Buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand kan mede zijn een persoon die geen ambtenaar in gemeentelijke dienst is.
4. De ambtenaar of buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand wordt tot zijn betrekking niet toegelaten dan na voor de arrondissementsrechtbank tot wier rechtsgebied de gemeente behoort waar hij voor het eerst wordt benoemd de navolgende eed dan wel belofte te hebben afgelegd:
"Ik zweer (beloof) dat ik de betrekking van ambtenaar van de burgerlijke stand met eerlijkheid en nauwkeurigheid zal vervullen en dat ik de wettelijke voorschriften, de burgerlijke stand betreffende, met de meeste nauwgezetheid zal opvolgen; dat ik voorts, tot het verkrijgen van mijn aanstelling, middellijk noch onmiddellijk, onder enige naam of voorwendsel, aan iemand iets heb gegeven of beloofd, en dat ik, om iets in deze betrekking te doen of te laten, van niemand enige beloften of geschenken zal aannemen, middellijk of onmiddellijk. Zo waarlijk helpe mij God almachtig". ("Dat verklaar en beloof ik").





Deel deze pagina met:      




Dutch Boek 1 Burgerlijk Wetboek (BW) English Dutch Civil Code

Hier komen binnenkort vertalingen van deze zoekterm...

personen- en familierechtrecht - wet van 1 januari 1970, houdende het personen- en familierecht. Daarin o.a. opgenomen de burgerlijke stand van personen, het huwelijk, ontbinding van huwelijk, afstamming en kwestie m.b.t. minderjarigheid en (ouderlijk) gezag.


hierarchische verhouding hoger Boek 2 Burgerlijk Wetboek (BW)

onderdeel Wet verevening pensioenrechten bij scheiding (WEPs)

Artikel 1 Boek 1 BW:

1. Allen die zich in Nederland bevinden, zijn vrij en bevoegd tot het genot van de burgerlijke rechten.
2. Persoonlijke dienstbaarheden, van welke aard of onder welke benaming ook, worden niet geduld.





Deel deze pagina met:      




Dutch Boek 2 Burgerlijk Wetboek (BW) English Dutch Civil Code

Hier komen binnenkort vertalingen van deze zoekterm...

ondernemingsrecht (rechtspersonenrecht) - wet van 26 juli 1976, houdende het recht m.b.t. rechtspersonen. Daarin o.a. opgenomen de verenigingen, naamloze en besloten vennootschappen, stichtingen, regels m.b.t. fusie en splitsing, de jaarrekening en het jaarverslag.


hierarchische verhouding hoger Boek 3 Burgerlijk Wetboek (BW)

nadere verklaring wetboek van koophandel (WvK)

Artikel 1 Boek 2 BW:

1. De Staat, de provincies, de gemeenten, de waterschappen, alsmede alle lichamen waaraan krachtens de Grondwet verordenende bevoegdheid is verleend, bezitten rechtspersoonlijkheid.
2. Andere lichamen, waaraan een deel van de overheidstaak is opgedragen, bezitten slechts rechtspersoonlijkheid, indien dit uit het bij of krachtens de wet bepaalde volgt.
3. De volgende artikelen van deze titel, behalve artikel 5, gelden niet voor de in de voorgaande leden bedoelde rechtspersonen.





Deel deze pagina met:      




Dutch Boek 3 Burgerlijk Wetboek (BW) English Dutch Civil Code

Hier komen binnenkort vertalingen van deze zoekterm...

goederenrecht (vermogensrecht) - wet van 1 januari 1992, houdende het vermogensrecht. Daarin o.a. opgenomen regels m.b.t. rechtshandelingen, volmacht, verkrijging en verlies van goederen, bezit en houderschap, gemeenschap, vruchtgebruik, pand en hypotheek en het verhaalsrecht.


hierarchische verhouding hoger Boek 4 Burgerlijk Wetboek (BW)

32 Boek 3 BW.




Deel deze pagina met:      




Dutch Boek 4 Burgerlijk Wetboek (BW) English Dutch Civil Code

Hier komen binnenkort vertalingen van deze zoekterm...

personen- en familierechtrecht (erfrecht) - wet van 11 september 1969, houdende het erfrecht. Daarin o.a. opgenomen regels m.b.t. erfopvolging bij versterf, uiterste willen, de legitieme portie, wilsbeschikkingen en het testamentair bewind.


hierarchische verhouding hoger Boek 5 Burgerlijk Wetboek (BW)

Artikel 1 Boek 4 BW:

1. Erfopvolging heeft plaats bij versterf of krachtens uiterste wilsbeschikking.
2. Van de erfopvolging bij versterf kan worden afgeweken bij een uiterste wilsbeschikking die een erfstelling of een onterving inhoudt.


Artikel 10 Boek 4 BW:

1. De wet roept tot een nalatenschap als erfgenamen uit eigen hoofde achtereenvolgens:
a. de niet van tafel en bed gescheiden echtgenoot van de erflater tezamen met diens kinderen;
b. de ouders van de erflater tezamen met diens broers en zusters;
c. de grootouders van de erflater;
d. de overgrootouders van de erflater.
2. De afstammelingen van een kind, broer, zuster, grootouder of overgrootouder worden bij plaatsvervulling geroepen.
3. Alleen zij die tot de erflater in familierechtelijke betrekking stonden, worden tot de in de vorige leden genoemde bloedverwanten gerekend.





Deel deze pagina met:      




Dutch Boek 5 Burgerlijk Wetboek (BW) English Dutch Civil Code

Hier komen binnenkort vertalingen van deze zoekterm...

goederenrecht (zakelijke rechten) - wet van 1 januari 1992, houdende de zakelijke rechten. Daarin o.a. opgenomen regels m.b.t. eigendom, mandeligheid, erfdienstbaarheden, erfpacht, opstal en appartementsrechten.


hierarchische verhouding hoger Boek 6 Burgerlijk Wetboek (BW)

Artikel 1 Boek 5 BW:

1. Eigendom is het meest omvattende recht dat een persoon op een zaak kan hebben.
2. Het staat de eigenaar met uitsluiting van een ieder vrij van de zaak gebruik te maken, mits dit gebruik niet strijdt met rechten van anderen en de op wettelijke voorschriften en regels van ongeschreven recht gegronde beperkingen daarbij in acht worden genomen.
3. De eigenaar van de zaak wordt, behoudens rechten van anderen, eigenaar van de afgescheiden vruchten.





Deel deze pagina met:      




Dutch Boek 6 Burgerlijk Wetboek (BW) English Dutch Civil Code

Hier komen binnenkort vertalingen van deze zoekterm...

verbintenissenrecht - wet van 1 januari 1992, houdende het verbintenissenrecht. Daarin o.a. opgenomen regels m.b.t. nakoming van verbintenissen, opschortingsrechten, de gevolgen van niet-nakoming van verbintenissen, onrechtmatige daad, zaAKWaarneming, onverschuldigde betaling, ongerechtvaardigde verrijking en (wederkerige) overeenkomsten.


hierarchische verhouding hoger Boek 7 Burgerlijk Wetboek (BW)

Artikel 1 Boek 6 BW:

Verbintenissen kunnen slechts ontstaan, indien dit uit de wet voortvloeit.


Artikel 162 Boek 6 BW:

1Hij die jegens een ander een onrechtmatige daad pleegt, welke hem kan worden toegerekend, is verplicht de schade die de ander dientengevolge lijdt, te vergoeden.
2Als onrechtmatige daad worden aangemerkt een inbreuk op een recht en een doen of nalaten in strijd met een wettelijke plicht of met hetgeen volgens ongeschreven recht in het maatschappelijk verkeer betaamt, een en ander behoudens de aanwezigheid van een rechtvaardigingsgrond.
3Een onrechtmatige daad kan aan de dader worden toegerekend, indien zij te wijten is aan zijn schuld of aan een oorzaak welke krachtens de wet of de in het verkeer geldende opvattingen voor zijn rekening komt.





Deel deze pagina met:      




Dutch Boek 7 Burgerlijk Wetboek (BW) English Dutch Civil Code

Hier komen binnenkort vertalingen van deze zoekterm...

verbintenissenrecht - wet van 1 januari 1992, houdende de bijzondere overeenkomsten, zoals koop en ruil, schenking, huur, opdracht, arbeidsovereenkomst en borgtocht.


hierarchische verhouding hoger Boek 7A Burgerlijk Wetboek (BW)

onderdeel Wet op de loonvorming / Loonwet (Wet LV)

onderdeel huurwet (HW)

Artikel 1 Boek 7 BW:

Koop is de overeenkomst waarbij de een zich verbindt een zaak te geven en de ander om daarvoor een prijs in geld te betalen.


Artikel 610 Boek 7 BW:

1. De arbeidsovereenkomst is de overeenkomst waarbij de ene partij, de werknemer, zich verbindt in dienst van de andere partij, de werkgever, tegen loon gedurende zekere tijd arbeid te verrichten.
2. Indien een overeenkomst zowel aan de omschrijving van lid 1 voldoet als aan die van een andere door de wet geregelde bijzondere soort van overeenkomst, zijn de bepalingen van deze titel en de voor de andere soort van overeenkomst gegeven bepalingen naast elkaar van toepassing. In geval van strijd zijn de bepalingen van deze titel van toepassing.





Deel deze pagina met:      




Dutch Boek 7A Burgerlijk Wetboek (BW) English Dutch Civil Code

Hier komen binnenkort vertalingen van deze zoekterm...

verbintenissenrecht - wet van 1 januari 1992, houdende het vervolg van de bijzondere overeenkomsten. Daarin o.a. opgenomen regels m.b.t. de koop en verkoop op afbetaling (huurkoop), huur en verhuur, aanneming van werk en de maatschap.


hierarchische verhouding hoger Boek 8 Burgerlijk Wetboek (BW)

1576 Boek 7A BW.

1655 Boek 7A BW.




Deel deze pagina met:      




Dutch Boek 8 Burgerlijk Wetboek (BW) English Dutch Civil Code

Hier komen binnenkort vertalingen van deze zoekterm...

transportrecht (wegvervoersrecht) - wet van 1 april 1991, houdende verkeersmiddelen en vervoer. Daarin o.a. opgenomen regels m.b.t. zeerecht, binnenvaartrecht, wegvervoer, luchtrecht en vervoer langs spoorstaven.


hierarchische verhouding hoger Boek 1 Burgerlijk Wetboek (BW)

Artikel 1 Boek 8 BW:

1. In dit wetboek worden onder schepen verstaan alle zaken, geen luchtvaartuig zijnde, die blijkens hun constructie bestemd zijn om te drijven en drijven of hebben gedreven.
2. Bij algemene maatregel van bestuur kunnen zaken, die geen schepen zijn, voor de toepassing van bepalingen van dit wetboek als schip worden aangewezen, dan wel bepalingen van dit wetboek niet van toepassing worden verklaard op zaken, die schepen zijn.
3. Voortbewegingswerktuigen en andere machinerieën worden bestanddeel van het schip op het ogenblik dat, na hun inbouw, hun bevestiging daaraan zodanig is als deze ook na voltooiing van het schip zal zijn.
4. Onder scheepstoebehoren worden verstaan de zaken, die, geen bestanddeel van het schip zijnde, bestemd zijn om het schip duurzaam te dienen en door hun vorm als zodanig zijn te herkennen, alsmede die navigatie- en communicatiemiddelen, die zodanig met het schip zijn verbonden, dat zij daarvan kunnen worden afgescheiden, zonder dat beschadiging van betekenis aan hen of aan het schip wordt toegebracht.
5. Behoudens afwijkende bedingen wordt het scheepstoebehoren tot het schip gerekend. Een afwijkend beding kan worden ingeschreven in de openbare registers, bedoeld in afdeling 2 van Titel 1 van Boek 3.
6. Voor de toepassing van het derde, het vierde en het vijfde lid van dit artikel wordt onder schip mede verstaan een schip in aanbouw.


Artikel 1670 Boek 8 BW:

In deze afdeling wordt verstaan onder:
a. "gevaarlijke stof": een stof die als zodanig bij algemene maatregel van bestuur is aangewezen; de aanwijzing kan worden beperkt tot bepaalde concentraties van de stof, tot bepaalde in de algemene maatregel van bestuur te omschrijven gevaren die aan de stof verbonden zijn, en tot bepaalde daarin te omschrijven situaties waarin de stof zich bevindt;
b. "spoorrijtuig": elk voertuig, ingericht om op spoorstaven te rijden;
c. "schade":
1°. schade veroorzaakt door dood of letsel van enige persoon veroorzaakt door een gevaarlijke stof;
2°. andere schade buiten het spoorrijtuig aan boord waarvan de gevaarlijke stof zich bevindt, veroorzaakt door die gevaarlijke stof, met uitzondering van verlies van of schade met betrekking tot andere spoorrijtuigen en zaken aan boord daarvan, indien die spoorrijtuigen deel uitmaken van een trein, waarvan ook dit spoorrijtuig deel uitmaakt;
3°. de kosten van preventieve maatregelen en verlies of schade veroorzaakt door zulke maatregelen;
d. "preventieve maatregel": iedere redelijke maatregel ter voorkoming of beperking van schade door wie dan ook genomen met uitzondering van de overeenkomstig deze afdeling aansprakelijke persoon nadat een gebeurtenis heeft plaatsgevonden;
e. "gebeurtenis": elk feit of elke opeenvolging van feiten met dezelfde oorzaak, waardoor schade ontstaat of waardoor een ernstige en onmiddellijke dreiging van schade ontstaat;
f. "exploitant": hij die een spoorweg exploiteert. In geval van gezamenlijke exploitatie wordt ieder der exploitanten als exploitant beschouwd.





Deel deze pagina met:      




Dutch buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand English superintendent registrar / special registrar of the civil registry

Hier komen binnenkort vertalingen van deze zoekterm...

personen- en familierechtrecht - ambtenaar in dienst van de gemeente of van een andere gemeente, of een persoon die geen ambtenaar in gemeentelijke dienst is, als zodanig benoemd door Burgemeester en Wethouders.


Artikel 16 Boek 1 BW:

1. In elke gemeente zijn twee, of, naar goedvinden van burgemeester en wethouders, meer ambtenaren van de burgerlijke stand. Daarenboven kunnen een of meer ambtenaren van de burgerlijke stand worden belast met het verrichten van bepaalde taken. Deze dragen de titel van buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand.
2. De in het eerste lid bedoelde ambtenaren worden door burgemeester en wethouders benoemd, geschorst of ontslagen. Een benoeming kan voor een bepaalde tijdsduur geschieden.
3. Ambtenaar van de burgerlijke stand van een gemeente kan slechts zijn een ambtenaar in dienst van die gemeente of een andere gemeente. Buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand kan mede zijn een persoon die geen ambtenaar in gemeentelijke dienst is.
4. De ambtenaar of buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand wordt tot zijn betrekking niet toegelaten dan na voor de arrondissementsrechtbank tot wier rechtsgebied de gemeente behoort waar hij voor het eerst wordt benoemd de navolgende eed dan wel belofte te hebben afgelegd:
"Ik zweer (beloof) dat ik de betrekking van ambtenaar van de burgerlijke stand met eerlijkheid en nauwkeurigheid zal vervullen en dat ik de wettelijke voorschriften, de burgerlijke stand betreffende, met de meeste nauwgezetheid zal opvolgen; dat ik voorts, tot het verkrijgen van mijn aanstelling, middellijk noch onmiddellijk, onder enige naam of voorwendsel, aan iemand iets heb gegeven of beloofd, en dat ik, om iets in deze betrekking te doen of te laten, van niemand enige beloften of geschenken zal aannemen, middellijk of onmiddellijk. Zo waarlijk helpe mij God almachtig". ("Dat verklaar en beloof ik").





Deel deze pagina met:      




Dutch burgerlijk procesrecht English civil law

Hier komen binnenkort vertalingen van deze zoekterm...

procesrecht - vakgebied dat overwegend samenvalt met het gelijknamige rechtsgebied uit het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering; vooral m.b.t. het voeren van dagvaardings-, verzoekschrift- en executieprocedures.


hierarchische verhouding hoger mededingingsrecht

onderdeel beslagrecht

onderdeel arbitragerecht

Artikel 111 Rv:

1De griffier stuurt de eiser een oproepingsbericht na ontvangst van de procesinleiding.
2In het oproepingsbericht neemt de griffier de inhoud en de datum van indiening van de procesinleiding op en vermeldt hij ten minste:
a.[Red: dit onderdeel is nog niet in werking getreden;]
b.in zaken waarin partijen niet in persoon kunnen procederen: de wijze waarop de verweerder in de procedure moet verschijnen, te weten vertegenwoordigd door een advocaat;
c.de dag waarop de verweerder ten laatste zijn verweerschrift kan indienen, welke dag in kantonzaken vier weken en in andere zaken zes weken ligt na de dag waarop hij als verweerder in de procedure is verschenen als bedoeld in artikel 114;
d.de in artikel 139 genoemde rechtsgevolgen die intreden indien de verweerder bij een vordering niet verschijnt in de procedure als verweerder als bedoeld in artikel 114, of, behalve in kantonzaken of zaken in kort geding, het door zijn verschijning verschuldigde griffierecht niet tijdig voldoet;
e.indien er verschillende verweerders zijn, het in artikel 140, derde lid, genoemde rechtsgevolg dat intreedt indien niet alle verweerders op de voorgeschreven wijze in de procedure verschijnen;
f.indien het een zaak betreft met verschillende verweerders, de mededeling dat van partijen die bij dezelfde advocaat verschijnen en gelijkluidende stukken indienen of gelijkluidend verweer voeren, op basis van artikel 15 van de Wet griffierechten burgerlijke zaken slechts eenmaal een gezamenlijk griffierecht wordt geheven;
g.de mededeling of van verweerders bij verschijning in de procedure een griffierecht zal worden geheven en binnen welke termijn dit griffierecht betaald dient te worden met verwijzing naar een vindplaats van de meest recente bijlage behorende bij de Wet griffierechten burgerlijke zakenwaarin de hoogte van de griffierechten staan vermeld. Hierbij wordt vermeld dat van een persoon die onvermogend is, een bij of krachtens de wet vastgesteld griffierecht wordt geheven, indien hij op het tijdstip waarop het griffierecht wordt geheven heeft overgelegd:
1°.het besluit tot toevoeging, bedoeld in artikel 29 van de Wet op de rechtsbijstand, of indien dit niet mogelijk is ten gevolge van omstandigheden die redelijkerwijs niet aan hem zijn toe te rekenen, de aanvraag als bedoeld in artikel 24, tweede lid, van de Wet op de Rechtsbijstand, dan wel
2°.een verklaring van het bestuur van de raad voor rechtsbijstand, als bedoeld in artikel 7, derde lid, onder 3, van de Wet op de rechtsbijstand, waaruit blijkt dat zijn inkomen niet meer bedraagt dan de inkomens, bedoeld in de algemene maatregel van bestuur krachtens artikel 35, tweede lid, van die wet;
h.[Red: dit onderdeel is nog niet in werking getreden.]


Artikel 430 Rv:

1De grossen van in Nederland gewezen vonnissen, van beschikkingen van de Nederlandse rechter en van in Nederland verleden authentieke akten alsmede van andere bij de wet als executoriale titel aangewezen stukken kunnen in geheel Nederland worden ten uitvoer gelegd.
2Zij moeten aan het hoofd voeren de woorden: In naam van de Koning.
3Zij kunnen niet worden ten uitvoer gelegd dan na betekening aan de partij tegen wie de executie zich zal richten.





Deel deze pagina met:      




Dutch burgerlijk procesrecht (BPR) / formeel privaatrecht English civil procedure

Hier komen binnenkort vertalingen van deze zoekterm...

procesrecht - regelgeving m.b.t. de wijze waarop burgerlijke processen moeten worden gevoerd. Gerechtelijke procedures moeten worden ingeleid met een dagvaarding of een verzoekschrift.


nadere verklaring dagvaarding / (mv.) dagvaardingen / dagvaarden / gedagvaard

nadere verklaring rekest / request / petitie / verzoekschrift (vzs)

nadere verklaring materieel procesrecht

Artikel 111 Rv:

1De griffier stuurt de eiser een oproepingsbericht na ontvangst van de procesinleiding.
2In het oproepingsbericht neemt de griffier de inhoud en de datum van indiening van de procesinleiding op en vermeldt hij ten minste:
a.[Red: dit onderdeel is nog niet in werking getreden;]
b.in zaken waarin partijen niet in persoon kunnen procederen: de wijze waarop de verweerder in de procedure moet verschijnen, te weten vertegenwoordigd door een advocaat;
c.de dag waarop de verweerder ten laatste zijn verweerschrift kan indienen, welke dag in kantonzaken vier weken en in andere zaken zes weken ligt na de dag waarop hij als verweerder in de procedure is verschenen als bedoeld in artikel 114;
d.de in artikel 139 genoemde rechtsgevolgen die intreden indien de verweerder bij een vordering niet verschijnt in de procedure als verweerder als bedoeld in artikel 114, of, behalve in kantonzaken of zaken in kort geding, het door zijn verschijning verschuldigde griffierecht niet tijdig voldoet;
e.indien er verschillende verweerders zijn, het in artikel 140, derde lid, genoemde rechtsgevolg dat intreedt indien niet alle verweerders op de voorgeschreven wijze in de procedure verschijnen;
f.indien het een zaak betreft met verschillende verweerders, de mededeling dat van partijen die bij dezelfde advocaat verschijnen en gelijkluidende stukken indienen of gelijkluidend verweer voeren, op basis van artikel 15 van de Wet griffierechten burgerlijke zaken slechts eenmaal een gezamenlijk griffierecht wordt geheven;
g.de mededeling of van verweerders bij verschijning in de procedure een griffierecht zal worden geheven en binnen welke termijn dit griffierecht betaald dient te worden met verwijzing naar een vindplaats van de meest recente bijlage behorende bij de Wet griffierechten burgerlijke zakenwaarin de hoogte van de griffierechten staan vermeld. Hierbij wordt vermeld dat van een persoon die onvermogend is, een bij of krachtens de wet vastgesteld griffierecht wordt geheven, indien hij op het tijdstip waarop het griffierecht wordt geheven heeft overgelegd:
1°.het besluit tot toevoeging, bedoeld in artikel 29 van de Wet op de rechtsbijstand, of indien dit niet mogelijk is ten gevolge van omstandigheden die redelijkerwijs niet aan hem zijn toe te rekenen, de aanvraag als bedoeld in artikel 24, tweede lid, van de Wet op de Rechtsbijstand, dan wel
2°.een verklaring van het bestuur van de raad voor rechtsbijstand, als bedoeld in artikel 7, derde lid, onder 3, van de Wet op de rechtsbijstand, waaruit blijkt dat zijn inkomen niet meer bedraagt dan de inkomens, bedoeld in de algemene maatregel van bestuur krachtens artikel 35, tweede lid, van die wet;
h.[Red: dit onderdeel is nog niet in werking getreden.]


Artikel 799 Rv:

1Onverminderd het bepaalde in artikel 278, eerste lid, bevat een verzoekschrift de namen en, voor zover bekend, de voornamen en de woonplaats van de belanghebbenden, alsmede van anderen wier verklaring in verband met de beoordeling van het verzoek van betekenis kan zijn.
2Bij de indiening van het verzoekschrift ter griffie worden, voor zover nodig, overgelegd de bescheiden die kunnen dienen tot bewijs van de gestelde feiten. Eveneens worden de nodige afschriften van het verzoekschrift en de bescheiden overgelegd.





Deel deze pagina met:      




Dutch Burgerlijk wetboek (BW) English Dutch Civil Code

Hier komen binnenkort vertalingen van deze zoekterm...

rechtswetenschap (algemeen) - wet bestaande uit diverse boeken die in hoofdzaak de rechtsverhoudingen tussen burgers onderling regelen;boek 1: personen- familierecht, inwerkingtreding 1970;boek 2: rechtspersonen (o.a. BV's en NV's), inwerkingtreding 1976;boek 3: vermogensrecht in het algemeen, inwerkingtreding 1992;boek 4: erfrecht, inwerkingtreding 2003;boek 5: zakelijke rechten, inwerkingtreding 1992;boek 6: algemeen gedeelte van verbintenissenrecht, inwerkingtreding 1992;boek 7: bijzondere overeenkomsten (o.a. arbeidsrecht), inwerkingtreding 1992;boek 7A: vervolg bijzondere overeenkomsten (o.a. huurkoop), inwerkingtreding 2001;boek 8: verkeersmiddelen en vervoer, inwerkingtreding 1991.


onderdeel personen- en familierecht

onderdeel verbintenissenrecht

hierarchische verhouding hoger Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv)


Deel deze pagina met:      




...