ouderlijk gezag (5 gevonden)

Dutch gezamenlijk ouderlijk gezag

Hier komen binnenkort vertalingen van deze zoekterm...

personen- en familierechtrecht (jeugdrecht) - gezag dat de ouders gezamenlijk over hun minderjarige kind(eren) uitoefenen; als de ouders gehuwd zijn hebben zij van rechtswege gezamenlijk gezag, ongehuwde ouders krijgen op verzoek gezamenlijk gezag.


nadere verklaring ouderlijk gezag

Artikel 251 Boek 1 BW:

1. Gedurende hun huwelijk oefenen de ouders het gezag gezamenlijk uit.
2. Na ontbinding van het huwelijk anders dan door de dood of na scheiding van tafel en bed blijven de ouders die gezamenlijk het gezag hebben, dit gezag gezamenlijk uitoefenen, tenzij de ouders of een van hen de rechtbank verzoeken in het belang van het kind te bepalen dat het gezag over een kind of de kinderen aan een van hen alleen toekomt.
3. De beslissing op grond van het tweede lid wordt gegeven bij de beschikking houdende scheiding van tafel en bed, echtscheiding dan wel ontbinding van het huwelijk na scheiding van tafel en bed of bij latere beschikking. Totdat het gezag van één van beide ouders aanvangt, komt dit toe aan degene die ook tijdens het geding het gezag uitoefende, zulks met dezelfde bevoegdheden en onder dezelfde verplichtingen als deze toen had.
4. Indien een beslissing op grond van het tweede lid niet alle kinderen der echtgenoten betrof, vult de rechtbank haar aan op verzoek van een der ouders, van de raad voor de kinderbescherming of ambtshalve.


Artikel 252 Boek 1 BW:

1. De ouders die niet met elkaar zijn gehuwd noch met elkaar gehuwd zijn geweest en die nimmer het gezag over hun minderjarige kinderen gezamenlijk hebben uitgeoefend, oefenen dit gezamenlijk uit, indien zulks op hun beider verzoek in het in artikel 244 van dit boek bedoelde register is aangetekend.
2. De aantekening wordt door de griffier geweigerd, indien op het tijdstip van het verzoek:
a. één of beide ouders onbevoegd is tot het gezag; of
b. één van beide ouders is ontheven of ontzet van het gezag en de andere ouder het gezag uitoefent; of
c. een voogd met het gezag over het kind is belast; of
d. de voorziening in het gezag over het kind is komen te ontbreken; of
e. de ouder die het gezag heeft, dit gezamenlijk met een ander dan een ouder uitoefent.
3. Tegen de weigering van de aantekening is alleen beroep mogelijk, indien zij heeft plaatsgevonden op grond van onbevoegdheid van één of beide ouders tot het gezag anders dan vanwege minderjarigheid of ondercuratelestelling. Alsdan kan de kantonrechter worden verzocht de aantekening te gelasten. Hij wijst het verzoek af, indien gegronde vrees bestaat dat bij inwilliging de belangen van het kind zouden worden verwaarloosd.





Deel deze pagina met:      




Dutch herleving ouderlijk gezag

Hier komen binnenkort vertalingen van deze zoekterm...

personen- en familierechtrecht (jeugdrecht) - verschijnsel dat gewezen echtgenoten die met elkaar hertrouwen weer het gezamenlijk ouderlijk gezag krijgen over hun minderjarige kinderen, als één van hen daarvoor het gezag uitoefende, tenzij één van hen onbevoegd is tot het gezag of daarvan is ontheven of ontzet, of het gezag samen met een ander dan de ouder uitoefent.


nadere verklaring ouderlijk gezag

Artikel 277 Boek 1 BW:

1. Indien de rechtbank overtuigd is, dat een minderjarige wederom aan zijn ontheven of ontzette ouder mag worden toevertrouwd, kan zij deze ouder op zijn verzoek in het gezag herstellen. Indien de niet met elkaar gehuwde ouders gezamenlijk het gezag willen uitoefenen, wordt het verzoek daartoe door hen beiden gedaan.
2. Indien bij gelegenheid van de ontzetting of ontheffing het gezag aan de andere ouder was opgedragen, belast de rechtbank de ontheven of ontzette ouder die alleen het in het eerste lid bedoelde verzoek doet, niet met het gezag, tenzij de omstandigheden na het nemen van de beschikking waarbij het gezag aan de andere ouder werd opgedragen, zijn gewijzigd of bij het nemen van de beschikking van onjuiste of onvolledige gegevens is uitgegaan. Artikel 253e van dit boek is van overeenkomstige toepassing.


Artikel 253 Boek 1 BW:

1. Indien gewezen echtgenoten met elkaar hertrouwen dan wel een geregistreerd partnerschap aangegaan en onmiddellijk daaraan voorafgaande één der echtgenoten het gezag over de minderjarige kinderen uitoefende, herleeft van rechtswege het gezamenlijk gezag, tenzij een der echtgenoten onbevoegd is tot dit gezag of daarvan is ontheven of ontzet dan wel het gezag gezamenlijk met een ander dan de ouder uitoefent.
2. De echtgenoot voor wie het gezag niet is herleefd, kan de rechtbank verzoeken hem daarmede te belasten. Dit verzoek wordt slechts afgewezen, indien gegronde vrees bestaat dat bij inwilliging de belangen van de kinderen zouden worden verwaarloosd.
3. Het eerste en tweede lid zijn van overeenkomstige toepassing, indien door verzoening van de echtgenoten een scheiding van tafel en bed eindigt.
4. Het eerste en tweede lid zijn van overeenkomstige toepassing indien gewezen geregistreerde partners die gezamenlijk gezag uitoefenden over het kind, opnieuw met elkaar een geregistreerd partnerschap aangaan dan wel met elkaar huwen.





Deel deze pagina met:      




Dutch ontheffing van ouderlijk gezag of voogdij English compulsory relief of parental authority

Hier komen binnenkort vertalingen van deze zoekterm...

personen- en familierechtrecht - ontneming, door de rechtbank, van het ouderlijk gezag of de voogdij aan een ouder of voogd op grond dat deze ongeschikt of onmachtig is zijn plicht tot verzorging en opvoeding te vervullen.


nadere verklaring voogdij

Artikel 266 Boek 1 BW:

Mits het belang van de kinderen zich daar niet tegen verzet, kan de rechtbank een ouder van het gezag over een of meer van zijn kinderen ontheffen, op grond dat hij ongeschikt of onmachtig is zijn plicht tot verzorging en opvoeding te vervullen.


Artikel 278 Boek 1 BW:

1. Een verzoek als bedoeld in artikel 277 van dit boek kan ook worden gedaan door de raad voor de kinderbescherming.
2. Hangende het onderzoek kan zowel de raad voor de kinderbescherming als de te herstellen ouder de rechtbank verzoeken de beslissing aan te houden tot het einde van een door haar te bepalen proeftijd van ten hoogste zes maanden; gedurende die tijd zal het kind bij de in het gezag te herstellen ouder verblijven. De rechtbank is te allen tijde bevoegd de proeftijd te beëindigen.





Deel deze pagina met:      




Dutch ontzetting van ouderlijk gezag / ontzetting van voogdij / ontzetten / onzet English deprivation of parental power

Hier komen binnenkort vertalingen van deze zoekterm...

personen- en familierechtrecht - ontneming, door de rechtbank, van het ouderlijk gezag of de voogdij aan een ouder of voogd op in de wet genoemde grond, waaronder misbruik van gezag, verwaarlozing van de verzorging en opvoeding of slecht levensgedrag.


nadere verklaring voogdij

Artikel 266 Boek 1 BW:

Mits het belang van de kinderen zich daar niet tegen verzet, kan de rechtbank een ouder van het gezag over een of meer van zijn kinderen ontheffen, op grond dat hij ongeschikt of onmachtig is zijn plicht tot verzorging en opvoeding te vervullen.


Artikel 329 Boek 1 BW:

1. Ontzetting van de voogdij kan slechts worden uitgesproken op verzoek van een voogd, een der bloed- of aanverwanten van de minderjarige tot en met de vierde graad, de raad voor de kinderbescherming of van het openbaar ministerie.
2. In het geval, bedoeld bij het eerste lid van artikel 327 onder h van dit boek, kan de ontzetting bovendien verzocht worden door hem, die de verzorging en opvoeding van de minderjarige op zich heeft genomen.
3. In het geval, bedoeld bij artikel 367 van dit boek kan de rechtbank de ontzetting uitspreken, ook al had de raad voor de kinderbescherming deze niet verzocht.





Deel deze pagina met:      




Dutch ouderlijk gezag English parental authority

Hier komen binnenkort vertalingen van deze zoekterm...

personen- en familierechtrecht (jeugdrecht) - het gezag dat de ouders over hun minderjarige kinderen uitoefenen en betrekking heeft op de persoon van de minderjarige, diens vermogen en de vertegenwoordiging bij burgerlijke handelingen die het kind pleegt.


tegenstelling voogdij

tegenstelling onderbewindstelling / onder bewind stellen / onder bewind gesteld

onderdeel ouderlijke macht

Artikel 245 Boek 1 BW:

1. Minderjarigen staan onder gezag.
2. Onder gezag wordt verstaan ouderlijk gezag dan wel voogdij.
3. Ouderlijk gezag wordt door de ouders gezamenlijk of door één ouder uitgeoefend. Voogdij wordt door een ander dan een ouder uitgeoefend.
4. Het gezag heeft betrekking op de persoon van de minderjarige, het bewind over zijn vermogen en zijn vertegenwoordiging in burgerlijke handelingen, zowel in als buiten rechte.
5. Het gezag van de ouder die dit krachtens artikel 253sa of krachtens een rechterlijke beslissing overeenkomstig artikel 253t samen met een ander dan een ouder uitoefent, wordt aangemerkt als ouderlijk gezag dat door ouders gezamenlijk wordt uitgeoefend, tenzij uit een wettelijke bepaling het tegendeel voortvloeit.


Artikel 251 Boek 1 BW:

1. Gedurende hun huwelijk oefenen de ouders het gezag gezamenlijk uit.
2. Na ontbinding van het huwelijk anders dan door de dood of na scheiding van tafel en bed blijven de ouders die gezamenlijk het gezag hebben, dit gezag gezamenlijk uitoefenen, tenzij de ouders of een van hen de rechtbank verzoeken in het belang van het kind te bepalen dat het gezag over een kind of de kinderen aan een van hen alleen toekomt.
3. De beslissing op grond van het tweede lid wordt gegeven bij de beschikking houdende scheiding van tafel en bed, echtscheiding dan wel ontbinding van het huwelijk na scheiding van tafel en bed of bij latere beschikking. Totdat het gezag van één van beide ouders aanvangt, komt dit toe aan degene die ook tijdens het geding het gezag uitoefende, zulks met dezelfde bevoegdheden en onder dezelfde verplichtingen als deze toen had.
4. Indien een beslissing op grond van het tweede lid niet alle kinderen der echtgenoten betrof, vult de rechtbank haar aan op verzoek van een der ouders, van de raad voor de kinderbescherming of ambtshalve.





Deel deze pagina met: