gezinsvoogd (2 gevonden)

Dutch gezinsvoogd English family quardian

Hier komen binnenkort vertalingen van deze zoekterm...

personen- en familierechtrecht (jeugdrecht) - door de gezinsvoogdijinstelling benoemd persoon die een kind dat door de kinderrechter onder toezicht is gesteld of uit huis is geplaatst, onder zijn vleugels neemt. Het betreft kinderen wiens zedelijke of lichamelijke belangen of gezondheid worden bedreigd.


nadere verklaring wettelijk vertegenwoordiger

Artikel 256 Boek 1 BW:

1. De kinderrechter bepaalt de duur van de ondertoezichtstelling op ten hoogste een jaar.
2. De kinderrechter kan de duur telkens voor ten hoogste een jaar verlengen. Hij kan dit doen op verzoek van de gezinsvoogdij-instelling, een ouder, een ander die de minderjarige als behorende tot zijn gezin verzorgt en opvoedt, de raad voor de kinderbescherming of het openbaar ministerie.
3. Indien de gezinsvoogdij-instelling niet overgaat tot een verzoek tot verlenging doet zij hiervan zo spoedig mogelijk en onder overlegging van een verslag van het verloop van de ondertoezichtstelling mededeling aan de raad voor de kinderbescherming.
4. De kinderrechter kan de ondertoezichtstelling opheffen indien de grond daarvoor niet langer bestaat. Hij kan dit doen op verzoek van de gezinsvoogdij-instelling, de met het gezag belaste ouder of de minderjarige van twaalf jaren of ouder.


Artikel 261 Boek 1 BW:

1. Indien dit noodzakelijk is in het belang van de verzorging en opvoeding van de minderjarige of tot onderzoek van diens geestelijke of lichamelijke gesteldheid, kan de kinderrechter de gezinsvoogdij-instelling op haar verzoek machtigen de minderjarige gedurende dag en nacht uit huis te plaatsen. Bij het verzoek wordt vermeld voor welke voorziening, soort voorziening of andere verblijfplaats de machtiging wordt gevraagd.
2. De machtiging kan eveneens worden verleend op verzoek van de raad voor de kinderbescherming of van het openbaar ministerie. Het eerste lid is van overeenkomstige toepassing.
3. Voor plaatsing in een gesloten inrichting is een uitdrukkelijk daartoe strekkende machtiging van de kinderrechter vereist. Deze machtiging wordt slechts verleend, indien zij vereist is wegens ernstige gedragsproblemen van de minderjarige. Zodra een verzoek tot zulk een machtiging of tot verlenging daarvan bij de kinderrechter is ingediend, geeft deze aan het bureau rechtsbijstandvoorziening ambtshalve last een raadsman aan de minderjarige toe te voegen.
4. Onze Minister van Justitie wijst aan welke inrichtingen als gesloten in de zin van dit artikel worden aangemerkt. Deze aanwijzing wordt bekend gemaakt in de Staatscourant.
5. Bij het verlenen en tenuitvoerleggen van de machtiging letten de kinderrechter en gezinsvoogdij-instelling op de godsdienstige gezindheid en de levensovertuiging van de minderjarige en van het gezin, waartoe de minderjarige behoort.
6. Plaatsing in een tehuis, behorende tot een categorie, genoemd onder II, onderdeel 1 tot en met 4, of onder III, onderdeel 2, van de bijlage bij de Wet op de jeugdhulpverlening, voor zover dit door Onze Minister van Justitie in stand wordt gehouden, eindigt mede door een besluit van Onze Minister van Justitie, de gezinsvoogdij-instelling gehoord, wanneer Onze Minister van Justitie dit in verband met een juiste verdeling van de in die tehuizen beschikbare plaatsruimte noodzakelijk oordeelt.





Deel deze pagina met:      




Dutch gezinsvoogdij English family guardianship

Hier komen binnenkort vertalingen van deze zoekterm...

personen- en familierechtrecht - toestand waarbij het geestelijk en fysiek welzijn van kinderen tijdens het verblijf in hun gezin door een daartoe aangewezen persoon of instelling in de gaten worden gehouden. Indien een minderjarige zodanig opgroeit, dat zijn zedelijke of geestelijke belangen of zijn gezondheid ernstig worden bedreigd en andere middelen ter afwending van deze bedreiging hebben gefaald of, naar is te voorzien, zullen falen, kan de kinderrechter hem onder toezicht stellen van een gezinsvoogdijinstelling.


Artikel 254 Boek 1 BW:

1. Indien een minderjarige zodanig opgroeit, dat zijn zedelijke of geestelijke belangen of zijn gezondheid ernstig worden bedreigd, en andere middelen ter afwending van deze bedreiging hebben gefaald of, naar is te voorzien, zullen falen, kan de kinderrechter hem onder toezicht stellen van een gezinsvoogdij-instelling als bedoeld in artikel 60 van de Wet op de jeugdhulpverlening (Stb. 1989, 360).
2. Hij kan dit doen op verzoek van een ouder, een ander die de minderjarige als behorende tot zijn gezin verzorgt en opvoedt, de raad voor de kinderbescherming of het openbaar ministerie.
3. Bij de toepassing van het eerste lid let de kinderrechter op de godsdienstige gezindheid en de levensovertuiging van de minderjarige en van het gezin waartoe deze behoort.
4. Op verzoek van de gezinsvoogdij-instelling, de met het gezag belaste ouder of de minderjarige van twaalf jaren of ouder, kan de kinderrechter de gezinsvoogdij-instelling die het toezicht heeft, vervangen door een andere. De raad voor de kinderbescherming is bevoegd het in de vorige volzin bedoelde verzoek in te dienen, indien de raad van oordeel blijft dat de uithuisplaatsing niet op de voet van artikel 263, eerste lid, dient te worden beëindigd.


Artikel 255 Boek 1 BW:

De kinderrechter kan hangende het onderzoek de minderjarige voorlopig onder toezicht stellen indien dit dringend en onverwijld noodzakelijk is. Hij bepaalt de duur van dit voorlopige toezicht op ten hoogste drie maanden en kan de beslissing te allen tijde herroepen.





Deel deze pagina met: