vast recht (2 gevonden)

Dutch griffierechten / griffiekosten / vast recht English court registry fees

Hier komen binnenkort vertalingen van deze zoekterm...

procesrecht - ingen in burgerlijke zaken. De hoogte van ~ is afhankelijk van het soort zaak en het belang van de zaak. Bijv. het ~ in kort gedingzaken bedraagt € 241,-- voor de gedaagde (2005).


nadere verklaring griffie / (mv.) griffies

niet gelijk aan rechten / leges

Artikel 2 Wtbz:

1. Voor een geding wordt van elke eisende partij, na de eerste uitroeping van de zaak ter terechtzitting, en van elke verschenen gedaagde voor iedere instantie een vast recht geheven. Voor de indiening van een verzoekschrift anders dan bedoeld in artikel 14, derde lid, of een verweerschrift wordt eveneens voor iedere instantie een vast recht geheven. Gedaagden en verweerders zijn geen vast recht verschuldigd in zaken, te behandelen door de kantonrechter of de pachtkamer
2. Het vast recht bij de rechtbanken bedraagt:
1°. In zaken te behandelen en te beslissen door de kantonrechter of de pachtkamer:
a. EUR 28 wanneer de eis uitsluitend strekt tot betaling van loon als bedoeld in
artikel 629 van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek
.
b. EUR 49 wanneer de eis of het verzoekschrift enkel strekt tot betaling van een bepaalde geldsom van niet meer dan EUR 90 in hoofdsom.
c. EUR 87 wanneer de eis of het verzoekschrift strekt tot betaling van een bepaalde geldsom van meer dan EUR 90 en niet meer dan EUR 453 in hoofdsom.
d. EUR 123 wanneer de eis of het verzoekschrift strekt tot betaling van een bepaalde geldsom van meer dan EUR 453 en niet meer dan EUR 1361 in hoofdsom.
e. EUR 162 wanneer de eis of het verzoekschrift strekt tot betaling van een bepaalde geldsom van meer dan EUR 1361 in hoofdsom.
f. In alle andere gevallen EUR 87 indien eiser een natuurlijk persoon is of EUR 232 indien eiser een rechtspersoon is.
2°. In andere zaken:
a. EUR 162 wanneer de eis of het verzoekschrift enkel betrekking heeft op het bij of krachtens
Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek
bepaalde.
b. EUR 87 wanneer de eis uitsluitend strekt tot betaling van loon als bedoeld in
artikel 629 van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek
.
c. EUR 245 wanneer de eis of het verzoekschrift strekt tot betaling van een bepaalde geldsom van meer dan EURß4538 en niet meer dan EURß11 345 in hoofdsom.
d. Wanneer de eis of het verzoekschrift strekt tot betaling van een bepaalde geldsom van meer dan EURß11 345, 1,9 procent van die geldsom, tot een maximum van EUR 3 863 en tot een maximum van EUR 925 voor de gedaagde of verweerder indien deze een natuurlijke persoon is. Het verschuldigde vast recht wordt afgerond op het meest nabijgelegen veelvoud van EURß5.
e. in zaken waarin een dagvaarding in vrijwaring wordt gedaan, 1,9 procent van de achterliggende vordering indien deze op een financieel belang waardeerbaar is, met een minimum van EUR 193 en een maximum van EUR 3 863 en tot een maximum van EUR 925 voor de gedaagde of verweerder indien deze een natuurlijke persoon is. Het verschuldigde vast recht wordt afgerond op het meest nabijgelegen veelvoud van EURß5.
f. In zaken waarin een vordering tot onteigening wordt gedaan 1,9 procent van de som die in de uitspraak als schadeloosstelling wordt toegekend, met een minimum van EUR 193 en een maximum van EUR 3 863 en tot een maximum van EUR 925 voor de gedaagde of verweerder indien deze een natuurlijke persoon is. Voorshands is verschuldigd 1,9 procent van de som die als schadeloosstelling wordt aangeboden, met een minimum van EUR 193 en een maximum van EURß3397 en tot een maximum van EURß815 voor de gedaagde of verweerder indien deze een natuurlijke persoon is. Het verschuldigde vast recht wordt afgerond op het meest nabijgelegen veelvoud van EURß5.
g. EUR 205 in alle andere gevallen.
3. Het vast recht bij de gerechtshoven en de Hoge Raad bedraagt:
a. EUR 205 wanneer de eis of het verzoekschrift enkel betrekking heeft op het bij of krachtens
Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek
bepaalde.
b. EUR 87 wanneer de eis uitsluitend strekt tot betaling van loon als bedoeld in
artikel 629 van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek
.
c. EUR 328 wanneer de eis of het verzoekschrift strekt tot betaling van een bepaalde geldsom van meer dan EURß4538 en niet meer dan EURß11 345 in hoofdsom.
d. Wanneer de eis of het verzoekschrift strekt tot betaling van een bepaalde geldsom van meer dan EURß11 345, 2,6 procent van die geldsom tot een maximum van EUR 4 824 en tot een maximum van EUR 925 voor de gedaagde of verweerder in hoger beroep indien deze een natuurlijke persoon is. Het verschuldigde vast recht wordt afgerond op het meest nabijgelegen veelvoud van EURß5.
e. EUR 205 zaken in hoger beroep van een vonnis of beschikking van de kantonrechter of de pachtkamer.
f. EUR 245 in alle andere gevallen.
4. Het recht wordt bepaald aan de hand van de eis in de dagvaarding, met uitzondering van het recht bedoeld in het tweede lid, onder 2°, onder f, eerste volzin. Met de eis in de dagvaarding wordt gelijkgesteld de som die in de dagvaarding als schadeloosstelling wordt aangeboden. In geval van vermindering van eis wordt het recht niet verminderd; in geval van vermeerdering van eis tot een bepaalde geldsom als bedoeld in het tweede lid, onder 1°, onder b, c, d of e, en onder 2°, onder c of d wordt het recht


11 Wtbz.




Deel deze pagina met:      




Dutch vast recht

Hier komen binnenkort vertalingen van deze zoekterm...

ondernemingsrecht (financieel recht) - vast bedrag dat bij uitvoering van een beursorder bovenop het degressieve makelaarsloon wordt aangerekend.


nadere verklaring griffierechten / griffiekosten / vast recht

niet gelijk aan rechten / leges


Deel deze pagina met: